Aardgasloos verwarmen

Aardgasloos verwarmen

De klimaatverandering, de sterk gestegen aardgasprijzen en de oorlog in de Oekraïne zijn voor veel organisaties reden om na te denken om met veel minder of zelfs geen aardgas te gaan verwarmen.

Er zijn drie hoofdoplossingen om (deels) van het aardgas af te komen:

  • Aansluiten op een warmtenet, waarbij de warmte buiten uw gebouw wordt opgewekt;
  • Verwarmen met een ander gas dan aardgas;
  • Elektrisch verwarmen, vaak 'all-electric' genoemd.

Welke variant het meest passend is verschilt per gebouw en per locatie. Hierna worden ze verder toegelicht.

Daarnaast is er de keuze om geheel zonder of met zo weinig aardgas als haalbaar te gaan verwarmen.

Wij helpen u graag om een keuze te maken!

Volledig aardgasloos verwarmen

Als u helemaal van het aardgas af wilt, dan zijn er op hoofdlijnen een paar opties:

  • Uw pand aansluiten op een warmtenet ('stadsverwarming'), waardoor er warm water uw pand binnenkomt. Vaak wordt dit warme water opgewekt met restwarmte uit de industrie. Informeer - eventueel via ons - bij uw gemeente of dit op uw adres (in de nabije toekomst) mogelijk is. Als u aangesloten kunt worden, dan betaalt u een vaste vergoeding en verder voor de hoeveelheid warmte die u daadwerkelijk gebruikt. In uw pand zelf verandert er verder nauwelijks iets t.o.v. de wijze waarop u nu verwarmt, behalve als er een booster (vaak een warmtepomp) in uw pand geplaatst moet worden om het water dat verwarmd wordt door het warmtenet naar een hogere temperatuur te brengen;
  • Uw pand verwarmen met een alternatief voor aardgas, bijvoorbeeld waterstof. Dit klinkt nog wat futuristisch en is dat in de praktijk meestal ook nog. Er zijn pilotprojecten waarbij aardgas vervangen wordt door waterstofgas, biogas of een andere aardgasvervanger. Groot voordeel: in uw pand zelf verandert er verder nauwelijks iets t.o.v. de wijze waarop u nu verwarmt. Benieuwd naar de mogelijkheden? We informeren u graag verder;
  • Uw pand volledig elektrisch verwarmen. In vakjargon heet dit 'all-electric'. Meestal wordt hierbij gedacht aan verwarming met een warmtepomp, maar er zijn ook andere opties, zoals elektrische cv-ketels, infraroodverwarming, elektrische heaters, etc. Airco's die gebruikt worden om te verwarmen zijn feitelijk ook warmtepompen. Met warmtepompen kan in veel situaties ook (beperkt) gekoeld worden. Voor heel grote gebouwen is een bekende variant op de warmtepomp een WKO-installatie, waarbij WKO staat voor warmte- en koudeopslag.

Met veel minder aardgas verwarmen

Een andere keuze is om geheel zonder of met zo weinig aardgas als haalbaar te gaan verwarmen.

  • Volledig elektrisch verwarmen met een warmtepomp kan meestal alleen als uw pand goed geïsoleerd is en voorzien is van een comfortabel ventilatiesysteem.
  • In veel gevallen zijn daarvoor ingrijpende isolatiemaatregelen nodig. In zo'n geval wordt vaak gekozen voor een hybride warmtepomp systeem: de gasgestookte cv-ketel blijft, maar er wordt een warmtepomp naast geplaatst, die het overgrote deel van de warmte levert en eventueel ook voor koeling zorgt. Alleen op dagen als het buiten te koud is, dan springt de gasgestookte cv-ketel bij om het pand tot de gewenste temperatuur te verwarmen. Soms zorgt de gasgestookte cv-ketel ook voor het warme tapwater.
  • Naaste de (hybride) warmtepomp zijn er diverse andere mogelijkheden om elektrisch te verwarmen zoals bijvoorbeeld elektrische cv ketels, infrarood verwarming en heaters.

Meer over elektrische cv-ketels

Een elektrische cv-ketel vervangt één op één de gasgestookte cv-ketel. Het warme water wordt verwarmd door een gloeispiraal of bijvoorbeeld inductietechnologie. Het rendement is min of meer gelijk aan dat van de gasgestookte cv-ketel. Voor elke m3 aardgas die u bespaart komt ongeveer 10 kWh elektra terug. De manier waarop de warmte in uw pand wordt afgegeven verandert niet. Met aanvullende isolatie kunt u uiteraard uw verbruik verder terugbrengen en het binnencomfort verhogen.

Meer over infrarood verwarming

Infrarood werkt op basis van stralingswarmte: niet de ruimte wordt verwarmd, maar de objecten in de ruimte, waaronder de aanwezige mensen. Dit gebeurt meestal met panelen die een vergelijkbare werking hebben als de terrasverwarmers die in o.a. de horeca worden ingezet. De besparing t.o.v. andere vormen van warmte zit hem vooral in de beperkte tijd waarop er verwarmd wordt. Vaak wordt infraroodverwarming gebruikt in een hybride systeem. Als de ruimte op een basistemperatuur van bijvoorbeeld 15 graden gehouden wordt via de cv-ketel, dan kan via de infraroodpanelen een behagelijke temperatuur bereikt worden op alleen de momenten waarop er mensen in een ruimte aanwezig zijn. In bedrijfshallen kan infraroodverwarming een prima alternatief zijn voor gasheaters, zeker als er alleen warmte op de werkplekken nodig is.

Meer over elektrische heaters

Een elektrische heater vervangt één op één de gasgestookte heater, die vaak wordt toegepast in bedrijfshallen, magazijnen, showrooms e.d. De lucht wordt verwarmd door bijvoorbeeld een gloeispiraal en met een ventilator verspreid. Het rendement is min of meer gelijk aan dat van de gasgestookte heater. Voor elke m3 aardgas die u bespaart komt ongeveer 10 kWh elektra terug. Met aanvullende isolatie kunt u uiteraard uw verbruik verder terugbrengen en het binnencomfort verhogen.

Meer over warmtepompen

De technologie van warmtepompen wordt in andere landen al tientallen jaren ingezet. Omdat in Nederland in het verleden veel en goedkoop aardgas beschikbaar was, werd de elektrische warmtepomp hier pas laat populair. De manier van verwarmen is echter veel efficiënter dan met aardgas, en daarom veel duurzamer, zeker als de gebruikte elektriciteit duurzaam wordt opgewekt met bijvoorbeeld zonnepanelen of windmolens.

Een m3 aardgas bevat ongeveer net zoveel energie als 10 kWh elektra. Bij het verwarmen met aardgas gaat een klein beetje energie verloren, het verwarmingsrendement van een moderne cv-ketel ligt net onder de 100%. Een warmtepomp kan echter veel meer energie leveren dan er verbruikt wordt, door die energie uit de buitenlucht of de bodem te halen. Het gemiddelde verwarmingsrendement ligt tussen 300 en 500%. Dat betekent dat je elke m3 aardgas die je bespaart niet door 10 kWh elektra hoeft te vervangen, maar voor ca. 2-3 kWh. Daarmee wordt de warmtepomp niet alleen duurzaam, maar ook voordelig in gebruik, waarmee de hogere investering gedurende een aantal jaren wordt terugverdiend.

Er zijn twee soorten warmtepompen, die ieder ook weer op twee manieren de opgewekte warmte kunnen afgeven. Dat maakt dat er vier varianten bestaan:

  • Lucht-water warmtepomp: haalt de warmte uit de lucht, geeft hem af via water (vloerverwarming, radiatoren, convectoren);
  • Lucht-lucht warmtepomp: haalt de warmte uit de lucht, geeft hem af via in te blazen (ventilatie)lucht;
  • Bodem-water warmtepomp: haalt de warmte uit de bodem, geeft hem af via water (vloerverwarming, radiatoren, convectoren);
  • Bodem-lucht warmtepomp: haalt de warmte uit de bodem, geeft hem af via in te blazen (ventilatie)lucht.

Welke variant het meest geschikt is hangt mede af van uw huidige situatie:

  • In nieuwbouwsituaties wordt vaak voor een bodemwarmtepomp gekozen, met een 'bron' in de bodem. Een bodemwarmtepomp is duurder in aanschaf dan een luchtwarmtepomp, maar verbruikt minder stroom en verdient zich daardoor meestal prima terug. Bij grote gebouwen kan in dit geval aan een WKO-installatie gedacht worden, waarbij de energie dieper uit de bodem gehaald wordt. Bij bestaande bouw is het aanbrengen van een bron in de bodem vaak lastiger, waardoor er meestal voor een luchtwarmtepomp gekozen wordt, tenzij er gedurende het warme seizoen veel gekoeld moet worden. Dat laatste doet een bodemwarmtepomp veel effectiever dan een luchtwarmtepomp;
  • Heeft u nu een verwarmingssysteem met vloerverwarming of met radiatoren of convectoren, dan ligt de lucht-water warmtepomp het meest voor de hand. Hoe beter uw pand geïsoleerd is, hoe efficiënter deze oplossing werkt;
  • Heeft u nu een verwarmingssysteem waarbij in te blazen lucht wordt verwarmd, dan ligt de lucht-lucht warmtepomp voor kleine installaties en de lucht-water warmtepomp voor grotere klimaatsystemen het meest voor de hand. Ook hier geldt: hoe beter uw pand geïsoleerd is, hoe efficiënter deze oplossingen werken;
  • Is uw pand wat slechter geïsoleerd en ziet u geen kans om de isolatie aanzienlijk te verbeteren, dan ligt een hybride systeem voor de hand. De gasgestookte cv-ketel blijft, maar wordt bijgestaan door een warmtepomp. Die verzorgt het hele stookseizoen de basiswarmte. Alleen op echt koude dagen springt de cv-ketel bij. Soms ook voor het bereiden van warm tapwater;
  • Een alternatieve vorm van hybride verwarmen is dat juist de cv-ketel de basiswarmte verzorgt, bijvoorbeeld door alle ruimten op tenminste 15 graden houden. Tijdens werktijden wordt dan met een lucht-lucht warmtepomp (een airco) de ruimte naar het gewenste comfortniveau gebracht.

Omdat warmtepompen water en lucht van een lagere temperatuur maken dan een cv-ketel, werkt de warmteafgifte ook trager. Bij een hybride systeem is dat minder het geval.

Koelen met warmtepompen

Alle soorten warmtepompen kunnen in principe ook koelen. Bodemwarmtepompen doen dat door de warmte die ze uit het gebouw halen op te slaan in de bron in de bodem, waarmee ze in het stookseizoen weer verwarmen. Dit verklaart deels waarom bodemwarmtepompen efficiënter verwarmen dan luchtwarmtepompen.

De bodemwarmtepomp koelt door koud water door de vloerverwarming (die daarmee vloerkoeling wordt), radiatoren of convectoren of de warmtewisselaar van de luchtbehandeling te laten stromen. Die moeten daar wel geschikt voor zijn. De warmte wordt uit het 'retourwater' gehaald en in de bron in de bodem opgeslagen. De stroom die benodigd is, is de stoom voor de pompen. De compressor van de warmtepomp wordt niet gebruikt, waardoor er over 'passieve koeling' wordt gesproken.

Luchtwarmtepompen hebben geen bron waar ze passief de koude uit kunnen halen. Als u binnen wilt koelen, dan is het in het algemeen buiten immers warm. De luchtwarmtepomp heeft daarom zijn compressor nodig om warmte uit het pand te halen en aan de buitenlucht af te geven. Deze werking is die van een airco. Het koelen kost dus meer energie en slaat geen energie op voor het stookseizoen.

Aandachtpunten bij het koelen met een warmtepomp:

  • Het afgiftesysteem moet er geschikt voor zijn. Door koud water door leidingen en afgiftesystemen te sturen kan condens ontstaan. Daardoor moeten verdelers van kunststof zijn en gebruikte ventilatiekanalen soms geïsoleerd worden. Bij vloerkoeling moet de vloerafwerking geschikt zijn;
  • Ook is koelen met vloerkoeling een traag systeem. De koeling van een bodemwarmtepomp werkt niet op basis van ontvochtiging zoals bij een airco, koelt daardoor minder ver en reageert ook minder snel. De bodemwarmtepomp is wel in staat om een pand gedurende het warme seizoen een aantal graden te verkoelen zonder daar veel energie voor te gebruiken;
  • Bij een bodemwarmtepomp is de verkoeling nodig om genoeg warmte in de bron te stoppen, door de bron in balans te houden. Dat betekent dat op jaarbasis de koelbehoefte en de verarmingsbehoefte min of meer gelijk moeten zijn om het systeem efficiënt te laten werken.

Wij helpen u graag om een keuze te maken!

Wettelijke verplichtingen

Bestaande bedrijfspanden

Duurzaam verwarmen

Voor woningen geldt vanaf 2026 een verplichting, volgen bedrijfspanden? Nu al bij een ingrijpende renovatie

Voor woningeigenaren die vanaf 2026 hun gasgestookte cv-ketel vervangen geldt de verplichting om tenminste voor een hybride warmtepomp te kiezen. Voor bestaande bedrijfspanden zijn er (nog) geen wettelijke verplichtingen om duurzaam te verwarmen, tenzij het bedrijfspand een 'ingrijpende renovatie' ondergaat. In dat geval bent u verplicht een minimale hoeveelheid hernieuwbare energie op te wekken met zonnepanelen, een zonneboiler en/of een warmtepomp. Er wordt gesproken van een ingrijpende renovatie als meer dan 25% van de oppervlakte van de gebouwschil (gevels, daken en vloeren) wordt aangepast. Er zijn uitzonderingen waarbij deze eis niet geldt.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/onderwerpen/wetten-en-regels-gebouwen/energieprestatie-eisen-verbouw-renovatie/hernieuwbare-energie

De Energiebesparingsplicht

Voor bestaande bedrijfspanden met een jaarverbruik van tenminste 50.000 kWh elektra en/of 25.000 m3 aardgas geldt er een wettelijke Energiebesparingsplicht. De wet verplicht u om alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder uit te voeren. U kunt zelf (laten) berekenen welke maatregelen u binnen 5 jaar terugverdient, of gebruik maken van de hiervoor opgestelde Erkende Maatregelenlijst voor uw branche. Er zijn 19 van die lijsten, voor verschillende soorten gebouwen.

In de Erkende Maatregelenlijsten zijn geen verplichtingen over duurzaam verwarmen opgenomen. Wel zijn er bepalingen over het isoleren van leidingen en appendages en de regeling van uw verwarmingsinstallatie.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/onderwerpen/informatieplicht-energiebesparing/energiebesparingsplicht

De Erkende Maatregelenlijsten vindt u hier:
https://www.infomil.nl/onderwerpen/duurzaamheid-energie/energiebesparing/erkende-maatregelen/

Label C of beter voor kantoorgebouwen

Voor kantoorgebouwen met een minimaal vloeroppervlak van 100 m2 - waarvan tenminste 50% een kantoorfunctie heeft - geldt per begin 2023 de plicht om een energielabel C of beter te hebben. Duurzaam verwarmen helpt om het energielabel te verbeteren. Wat u moet doen om energielabel C of beter te behalen, blijkt uit een maatwerkadvies energielabelverbetering.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/onderwerpen/wetten-en-regels-gebouwen/energielabel-c-kantoren

De EED-plicht

De EED-plicht geldt voor bestaande bedrijfspanden van organisaties met meer dan 250 FTE of een jaaromzet van meer dan €50 miljoen én een jaarlijkse balanstotaal van meer dan €43 miljoen, inclusief deelnemingen van of in partnerondernemingen en verbonden ondernemingen.

De EED Energie-audit is een verplichting die voortkomt uit de Europese Energie-Efficiency Richtlijn (EED). Het doel ervan is om bedrijven en instellingen bewust te maken van hun energieverbruik én van de mogelijkheden om energie te besparen en te verduurzamen. De energie-audit geeft een gedetailleerd overzicht van alle energiestromen binnen de onderneming. Ook geeft de audit inzicht in de mogelijke besparingsmaatregelen en de te verwachten effecten daarvan. Het gaat hier onder andere om het energieverbruik van gebouwen, industriële processen en installaties, inclusief het vervoer en de warmte.

In de EED Energie-audit zijn geen verplichtingen over duurzaam verwarmen opgenomen. Wel zijn er bepalingen over het isoleren van leidingen en appendages en de regeling van uw verwarmingsinstallatie.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/onderwerpen/europese-energie-efficiency-richtlijn-eed/eed

Nieuwe bedrijfspanden

De BENG-norm

Voor nieuwe bedrijfspanden geldt de verplichting om aardgasloos te verwarmen.

Sowieso moeten de vergunningaanvragen voor alle nieuwbouw bedrijfspanden sinds 2021 voldoen aan de eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG). Duurzame verwarmingsinstallaties helpen om aan deze eisen te voldoen. Wat u moet doen om aan de BENG-norm te voldoen, blijkt uit de BENG-berekening die u nodig heeft bij uw vergunningaanvraag.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/onderwerpen/wetten-en-regels-gebouwen/beng

Kosten en besparing

Bij de energietarieven zoals we die tot 2021 kenden verdient een investering in aardgasloos verwarmen zich in de meeste gevallen in 5-10 jaar terug. Nu liggen de energietarieven veel hoger en zijn terugverdientijden van 2-5 jaar in veel gevallen haalbaar, als de tarieven gedurende die periode op dit hoge niveau blijven. Daarnaast wint u soms ook aan comfort.

Subsidies

Voor de Rijksoverheid is het terugdringen van het aardgasverbruik een belangrijk beleidspunt. Daarom zijn er diverse subsidies en fiscale stimuleringsmaatregelen beschikbaar. U vindt hieronder de meest gebruikte.

Bestaande bouw

De EIA (Energie-investeringsaftrek)

Zo kunt u onder voorwaarden gebruik maken van de EIA. EIA staat voor Energie-investeringsaftrek. Het is dus een investeringsfaciliteit, er wordt (als het om energiezuinige verwarming gaat) een eenmalig belastingvoordeel verstrekt op de investering. De aftrek moet worden aangevraagd binnen drie maanden nadat de investeringsverplichting is aangegaan (de opdracht is verstrekt) en geldt alleen voor nieuwe installatieonderdelen. EIA is beschikbaar voor investeringen vanaf €2.500 excl. btw. Uw belastingpercentage bepaalt uw werkelijke voordeel. Betaalt u (als maatschappelijke organisatie) geen belasting, dan kunt u helaas niet gebruik maken van de EIA.

De meest gebruikte codes voor verwarming in de Energielijst van RVO zijn:

  • 210102: HR-luchtverwarmer (aardgasgestookt);
  • 210106: Direct gasgestookt stralingspaneel ((aardgasgestookt);
  • 211102: Warmtepompboiler (voor verwarming van tapwater);
  • 211103: Warmtepomp (met bodembron);
  • 211104: Warmtepomp (met lucht als bron);
  • 211105: Warmtepomp met een halogeenvrij koudemiddel (voor ruimteverwarming);
  • 211106: Warmtepomp met een halogeenvrij koudemiddel (voor verwarming van tapwater).

Deze faciliteiten zijn ook bij nieuwbouw, uitbreiding en/of renovatie beschikbaar.

Een bijzondere code binnen de EIA is 210000: Energieprestatieverbetering van bestaande bedrijfsgebouwen. Als u een bedrijfspand met een energielabel D of slechter tenminste drie stappen verbetert, dan kunt u EIA krijgen over de daarvoor benodigde investering en het bijbehorende advies, met als grondslag een maximumbedrag van €85/m2/labelstap. Ook besparingsmaatregelen die niet voor een eigen aftrek in aanmerking komen tellen mee, als ze onderdeel zijn van een maatwerkadvies energielabelverbetering. Bij een 'beter dan A-label' (bijvoorbeeld A+++) tellen de plusjes helaas niet mee.

Een rekenvoorbeeld voor de Energieprestatieverbetering: de investering bedraagt in totaal €200.000 excl. btw voor vier labelstappen in een gebouw van 1.000 m2. U mag max. 4 x €85 x 1.000 m2 = €340.000 als grondslag gebruiken, in dit geval dus de volle €200.000.Er wordt 15% vennootschapsbelasting betaald. De extra fiscale aftrek bedraagt eenmalig 45,5% €200.000 = €91.000. Tegen 15% vennootschapsbelasting betekent dat een netto voordeel van €13.650, bijna 7% van de totale bruto-investering.

Een rekenvoorbeeld voor een warmtepomp de investering bedraagt in totaal €40.000 excl. btw. Er wordt 15% vennootschapsbelasting betaald. De extra fiscale aftrek bedraagt eenmalig 45,5% x €40.000 = €18.200. Tegen 15% vennootschapsbelasting betekent dat een netto voordeel van €2.730, bijna 7% van de bruto-investering.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/eia/ondernemers

De ISDE-subsidie

In vrijwel alle gevallen kunt u voor de aanschaf van een warmtepomp in een bestaand gebouw (waarvoor de omgevingsvergunning is aangevraagd voor of op 30 juni 2018) beter gebruik maken van de ISDE-subsidie. Deze is ook beschikbaar voor het aansluiten van uw bedrijfsgebouw op een warmtenet. ISDE staat voor Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing. Het is dus een investeringssubsidie, er wordt een eenmalig subsidiebedrag uitgekeerd bij de aanschaf van de installatie. De subsidie moet vooraf worden aangevraagd en geldt alleen voor nieuwe installatieonderdelen. Het subsidiebedrag is afhankelijk van het thermisch vermogen van de warmtepomp. U vindt het bedrag door uw merk en type warmtepomp op te zoeken op de apparatenlijst.

Een rekenvoorbeeld: de warmtepomp heeft een thermisch vermogen van 44 kW. De investering bedraagt €40.000 excl. btw. Er wordt 15% vennootschapsbelasting betaald. De subsidie bedraagt €8.325. Tegen 15% vennootschapsbelasting betekent dat een netto voordeel van €4.250,00, bijna 18% van de bruto-investering.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/isde/zakelijke-gebruikers

EIA en ISDE-subsidie kunnen helaas niet gecombineerd worden.

De algemene fiscale stimuleringsregeling KIA (Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek)

Alle hierboven genoemde regelingen kunnen onder voorwaarden gecombineerd worden met KIA. KIA is een algemene fiscale stimuleringsregeling die op zich niets met duurzaamheid te maken heeft en staat voor Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Het is dus een investeringsfaciliteit, er wordt (als het om warmtepompen gaat) een eenmalig belastingvoordeel verstrekt op de investering in een warmtepomp. Het belastingvoordeel wordt verwerkt in de belastingaangifte van het jaar waarin de investeringsverplichting is aangegaan (de opdracht is verstrekt). Er hoeft vooraf geen melding gedaan te worden. KIA kan alleen worden aangevraagd als het totaal aan investeringen van een organisatie in het belastingjaar tussen €2.400 en €332.994 ligt. Het voordeel uit deze regeling is het grootst bij een investering tot €59.939 excl. btw.

Een rekenvoorbeeld: de investering bedraagt €40.000 excl. btw. Er wordt 15% vennootschapsbelasting betaald. De extra fiscale aftrek bedraagt eenmalig 28% x €40.000 = €11.200. Tegen 15% vennootschapsbelasting betekent dat een netto voordeel van €1.680, ruim 4% van de bruto-investering.

Voor meer informatie, zie:
https://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/bldcontentnl/belastingdienst/zakelijk/winst/inkomstenbelasting/inkomstenbelasting_voor_ondernemers/investeringsaftrek_en_desinvesteringsbijtelling/kleinschaligheidsinvesteringsaftrek_kia

Provinciale subsidie voor het gezamenlijk investeren in verduurzaming op een bedrijventerrein (Energie op bedrijventerreinen)

Voor ondernemers op bedrijventerreinen waar een BIZ (Bedrijveninvesteringszone) of een ondernemersvereniging actief is, bestaat er de mogelijkheid om provinciale subsidie aan te vragen. Dit kan alleen als er tenminste 5 ondernemers zijn die willen investeren in verduurzaming van hun pand. De aanvraag moet worden ingediend door de BIZ of ondernemersvereniging, met een ondersteunende brief van de gemeente.

Ondernemers die meedoen laten een businesscase opstellen voor bijvoorbeeld zonnepanelen, isolatie, verlichting, duurzaam verwarmen en/of duurzaam ventileren. De provincie subsidieert max. 20% van de investering, tot een maximum van €200.000 subsidie voor het hele bedrijventerrein.

Per bedrijventerrein kan er eens in de 3 jaar een aanvraag worden ingediend. Het Zakelijk Energieloket kan de aanvraag verzorgen.

Een rekenvoorbeeld: de investering in een warmtepomp bedraagt €40.000 excl. btw. De regeling subsidieert dan max. 20% van €40.000 is €8.000.

Voor meer informatie, zie:
https://www.zuid-holland.nl/online-regelen/subsidies/subsidies/verduurzaming-bedrijventerreinen-subsidie/

Subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA)

Deze regeling gaat op 3 oktober 2022 open en subsidieert aan vrijwel alle soorten maatschappelijke organisaties onder voorwaarden 30% van de investering en 50% van het bijbehorende advies, tot een maximum van €2.500.000 per aanvraag.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/dumava

Subsidieregeling stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties (BOSA)

Deze regeling subsidieert aan amateursportaccommodaties onder voorwaarden 30% van de investering, tot een maximum van €2.500.000 per aanvraag.

Voor meer informatie, zie:
https://www.dus-i.nl/subsidies/stimulering-bouw-en-onderhoud-sportaccommodaties

Nieuwbouw, uitbreiding, of zeer ingrijpende renovaties

Voor nieuw te bouwen bedrijfspanden (en soms bij zeer ingrijpende renovaties) is er de wettelijke verplichting om aardgasloos te verwarmen. Desondanks is er toch de mogelijkheid om gebruik te maken van fiscale aftrek voor de elektrische varianten.

De EIA (Energie-investeringsaftrek)

Zo kunt u onder voorwaarden gebruik maken van de EIA. EIA staat voor Energie-investeringsaftrek. Het is dus een investeringsfaciliteit, er wordt (als het om energiezuinige verwarming gaat) een eenmalig belastingvoordeel verstrekt op de investering. De aftrek moet worden aangevraagd binnen drie maanden nadat de investeringsverplichting is aangegaan (de opdracht is verstrekt) en geldt alleen voor nieuwe installatieonderdelen. EIA is beschikbaar voor investeringen vanaf €2.500 excl. btw. Uw belastingpercentage bepaalt uw werkelijke voordeel. Betaalt u (als maatschappelijke organisatie) geen belasting, dan kunt u helaas niet gebruik maken van de EIA.

De meest gebruikte codes voor verwarming in de Energielijst van RVO zijn:

  • 210102: HR-luchtverwarmer (aardgasgestookt);
  • 210106: Direct gasgestookt stralingspaneel ((aardgasgestookt);
  • 211102: Warmtepompboiler (voor verwarming van tapwater);
  • 211103: Warmtepomp (met bodembron);
  • 211104: Warmtepomp (met lucht als bron);
  • 211105: Warmtepomp met een halogeenvrij koudemiddel (voor ruimteverwarming);
  • 211106: Warmtepomp met een halogeenvrij koudemiddel (voor verwarming van tapwater).

Deze faciliteiten zijn ook bij nieuwbouw, uitbreiding en/of renovatie beschikbaar.

Een rekenvoorbeeld voor een warmtepomp: de investering bedraagt in totaal €40.000 excl. btw. Er wordt 15% vennootschapsbelasting betaald. De extra fiscale aftrek bedraagt eenmalig 45,5% x €40.000 = €18.200. Tegen 15% vennootschapsbelasting betekent dat een netto voordeel van €2.730, bijna 7% van de bruto-investering.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/eia/ondernemers

Fiscale aftrek (onder voorwaarden)

Er is fiscale aftrek mogelijk als u kiest voor een zeer duurzaam nieuwbouwpand (of een uitbreiding) met een GPR- of BREEAM-keurmerk op het hoogste of één na hoogste niveau. U maakt dan gebruik van de MIA (Milieu-investeringsaftrek), die hieronder wordt toegelicht.

De MIA (Milieu-investeringsaftrek)

MIA staat voor Milieu-investeringsaftrek. Het is dus een investeringsfaciliteit, er wordt een eenmalig belastingvoordeel verstrekt op de investering in bijvoorbeeld een zeer duurzaam nieuwbouwpand (of een bijgebouwd gedeelte). De aftrek moet worden aangevraagd binnen drie maanden nadat de investeringsverplichting is aangegaan (de opdracht is verstrekt). Uw belastingpercentage bepaalt uw werkelijke voordeel. Betaalt u (als maatschappelijke organisatie) geen belasting, dan kunt u helaas niet gebruik maken van de EIA.

De codes voor zeer duurzame nieuwbouwpanden in de Milieulijst van RVO zijn:

  • G 6115 voor een verdergaand zeer duurzaam nieuw utiliteitsgebouw volgens BREEAM-NL (een minimale score van 85% van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw 2020) van de Dutch Green Building Council wordt behaald, waarbij voor de volgende categorieën ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op 'Energie', 45% op 'Landgebruik en Ecologie' en 45% op 'Materialen',);
  • D 6116 voor een zeer duurzaam nieuw utiliteitsgebouw volgens BREEAM-NL (een minimale score van 70% van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw 2020) van de Dutch Green Building Council wordt behaald, waarbij voor de volgende categorieën ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op 'Energie', 45% op 'Landgebruik en Ecologie' en 45% op 'Materialen',);
  • G 6120 voor een verdergaand zeer duurzaam nieuw utiliteitsgebouw volgens GPR Gebouw (een score van ten minste 8,5 voor de thema's Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde);
  • D 6121 voor een zeer duurzaam nieuw utiliteitsgebouw volgens GPR Gebouw (een score van ten minste 8,0 voor de thema's Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde).

De aftrekpercentages en maximale aftrekbedragen per m2 zijn afhankelijk van de code uit de Milieulijst en van de functie van het gebouw. U vindt ze bij de diverse codes in de Milieulijst van RVO. Voor sommige codes in de Milieulijst is ook nog VAMIL (willekeurige afschrijving) van toepassing, voor de hierboven genoemde codes geldt dat helaas niet.

Let op dat de kosten van een GPR- en zeker een BREEAM-certificaat stevig zijn en met name voor kleine gebouwen relatief een flink deel van het subsidiebedrag vergen. Er staat tegenover dat uw zeer duurzame nieuwbouwpand niet alleen een subsidievoordeel biedt, maar ook lagere exploitatiekosten heeft, meer comfort biedt, een gezonder binnenklimaat kent en een bijdrage levert aan de klimaatproblematiek.

Een rekenvoorbeeld: u wilt een zeer duurzaam nieuw kantoorgebouw in code 6115 bouwen. Het bruto vloeroppervlak is 800 m2. Dan komt er maximaal 800 m2 x €1.400/m2 = €1.120.000 excl. btw aan bouwkosten in aanmerking voor aftrek. Er wordt 15% vennootschapsbelasting betaald. De extra fiscale aftrek bedraagt eenmalig 45% x €1.120.000 = €504.000. Tegen 15% vennootschapsbelasting betekent dat een netto voordeel van €75.600.

Voor meer informatie, zie:
https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/mia-vamil/ondernemers

Stappenplan

Overweegt u om duurzaam te gaan verwarmen, laat u dan goed informeren. Wellicht kunt u bij uw huisinstallateur terecht als het bijvoorbeeld gaat om het eenvoudig bijplaatsen van een hybride warmtepomp of het vervangen van een gasgestookte heater door een elektrische variant. Wordt het complexer, dan kunt u zich onafhankelijk laten adviseren.

Wij adviseren u om het volgende stappenplan te volgen:

  1. 1

    Gratis oriënterend adviesgesprek

    Start met het maken van een door de gemeente aangeboden gratis oriënterend adviesgesprek. Dat kan hier. We lopen het stappenplan dan met u door.

    Aanmelden orienterend adviesgesprek
  2. 2

    Aansluiting op warmtenet?

    Informeer - eventueel via ons - bij uw gemeente of aansluiting op een warmtenet op uw adres (in de nabije toekomst) mogelijk is.

  3. 3

    Maatwerkadvies duurzame verwarming

    Laat - als u daar behoefte aan heeft - een onafhankelijk maatwerkadvies duurzame verwarming opstellen. Een maatwerkadvies duurzame verwarming van Energieke Regio bestaat uit een inventarisatie van uw huidige installatie, de beoordeling welke alternatieven er aantrekkelijk zijn, een indicatieve businesscase voor vervanging en een adviesgesprek, waarin het advies wordt uitgelegd en uw vragen worden beantwoord. Daarna weet u of het verduurzamen van het verwarmingssysteem daadwerkelijk interessant voor u is.

  4. 4

    Afstemming installateur/financiering

    Vervolgens moet er worden afgestemd met:
    - uw huisinstallateur, om te peilen of die zich in het voorstel kan vinden en wellicht ook de uitvoering kan verzorgen;
    - wellicht uw financier, om te bespreken of uw investering (deels) gefinancierd kan worden.

  5. 5

    Subsidie aanvragen

    Indien van toepassing kunnen er subsidies worden aangevraagd. Zie subsidies. Een eventuele melding voor de EIA moet binnen 3 maanden na de opdrachtverstrekking aan de installateur worden gedaan, ISDE-subsidie moet voorafgaand aan het verstrekken van de opdracht worden aangevraagd.

  6. 6

    Offertes opvragen

    Als alle lichten op groen staan, dan kunnen er offertes opgevraagd worden bij installateurs. U kunt dat zelf doen of dit aan een onafhankelijke adviespartij toevertrouwen. Geef elke installateur dezelfde informatie, dan kunt u ook vergelijkbare offertes verwachten. Vraag ook om de jaarlijkse kosten van een onderhoudscontract.

  7. 7

    Offertes vergelijken en beoordelen

    Leg de beste offerte naast het eerder opgestelde maatwerkadvies om de investering, de jaarlijkse onderhoudskosten en de jaarlijkse besparing tegen elkaar af te wegen.

  8. 8

    Zorgeloos genieten en besparen

    Na de installatie profiteert u vele jaren van de lagere energierekening en wellicht ook het toegenomen comfort.